Gustavo Petro wil de war on drugs beëindigen

De linkse president van Colombia, Gustavo Petro, verklaart onomwonden dat de war on drugs een bloederig fiasco is.
Gustavo Petro bij zijn inauguratie in 2022 (Samantha Power USAID/ Wikimedia Commons)

Jacobin #2 is uit! Abonneer je voor €30 en
we sturen
hem op.

‘De war on drugs is mislukt.’ Deze uitspraak deed de Colombiaanse president Gustavo Petro in zijn inauguratierede op 7 augustus 2022, waarmee hij een van de prioriteiten van de eerste linkse regering in de geschiedenis van Colombia aangaf. Petro wil het drugsbeleid van zijn land omgooien. Colombia staat wereldwijd aan de top van de cocaïneproductie en was een naaste bondgenoot van de Verenigde Staten in de meedogenloos gewelddadige strijd tegen de drugshandel. Volgens de president en voormalig guerrillero, heeft de militaire strategie geleid tot een ‘genocide’ die ‘een miljoen Latijns-Amerikanen’ het leven kostte.

Onder de titel ‘Leven zaaien, drugshandel verdrijven’ stelt de regering een stappenplan voor dat Colombia’s drugbeleid moet sturen tot 2033. Het nieuwe beleidsplan deelt een aantal doelstellingen met het vorige, zoals het verwijderen van 90.000 hectare illegale cocateelt en het terugdringen van de cocaïneproductie met 43 procent. De aanpak is echter heel anders, want het doel is om 69.000 hectare vrijwillig te laten verwijderen en alternatieven te promoten voor de boeren die het blad verbouwen.

Petro heeft gezegd dat hij niet de kleinschalige, maar de industriële teelt gaat bestrijden.

Decennialang was Columbia’s strijd tegen de drugshandel vooral een aanval op boeren die coca produceerden, een blad dat ook voor legale doeleinden wordt gebruikt zoals aftreksels of zelfs meststoffen. In Bolivia wordt coca vanwege zijn traditionele gebruik door inheemse volkeren grondwettelijk beschermd als cultureel erfgoed, maar in Colombia wordt coca gestigmatiseerd. Een beroemde campagne noemde het ‘la mata que mata’ – de plant die doodt.. Het nieuwe beleid maakt onderscheid tussen het blad en de cocaïne die ervan gemaakt wordt.

‘Petro heeft gezegd dat hij niet de kleinschalige, maar de industriële teelt gaat bestrijden. En de kleinschalige teelt wordt vrijwillig vervangen of blijft gewoon zitten waar die zit’ legt Sandra Borda uit, een politicoloog aan de Universidad de Los Andes. ‘Voorheen bestreden we alle illegale teelt, ook die van kleine boeren, en dat zorgde voor ernstige problemen, confrontaties tussen gemeenschappen en het leger… en het leverde nooit enig resultaat op.’ Momenteel leven naar schatting 115.000 families in Colombia van de cocateelt en de regering wil dat 50.000 gezinnen overschakelen op legale activiteiten, zoals het het blad voor legale doeleinden gebruiken of ze willen hen laten omscholen tot boswachter zodat ze ontbossing tegen kunnen gaan, want de cocateelt is een van de oorzaken van de vernietiging van het Colombiaanse Amazonegebied.

De strategie voor gewasvervanging is niet nieuw: ze werd in 2016 opgenomen in de vredesakkoorden tussen de staat en de Revolutionaire Strijdkrachten van Colombia (FARC). Maar de landbouwgronden voor cocaproductie zijn volgens schattingen van de VN niet gestopt met groeien, wat lijkt te wijzen op het falen van zowel vrijwillige vervanging als gedwongen uitroeiing. Zeven jaar na het vredesakkoord beweerde een van de leiders van een gemeente waar de vervanging van gewassen voor het eerst werd geprobeerd dat ‘de afspraken met de regering niet zijn nagekomen – rendabele projecten zijn er nooit gekomen’. Bij gebrek aan economische alternatieven zijn sommige families weer overgestapt naar de cocateelt en zijn er opnieuw illegale gewapende groepen in het dorp opgedoken, verklaarde de gemeenschapsleider, die anoniem wenste te blijven uit angst voor represailles.

Het falen van het vorige programma voor gewasvervanging is te wijten aan het gebrek van ‘een territoriale aanpak, die rekening houdt met de lokale dynamieken van de gebieden waar coca wordt verbouwd,’ vertelt Carolina Cepeda, een politicoloog aan de Javeriana Universiteit. Petro’s plan daarentegen ‘probeert manieren van deelname te ontwikkelen die de kennis van cocatelers te benut’.

Een bijkomend obstakel is dat de boerengemeenschappen vaak overgeleverd zijn aan de sociale orde die opgelegd wordt door de gewapende groepen die de cocagebieden controleren, legt Ana María Rueda van de Ideas for Peace Foundation uit in El Espectador. Zo zijn sommige deelnemers van het programma voor gewasvervanging vermoord door paramilitairen of dissidente groeperingen van de FARC.

Holistisch beleid

Het nieuwe drugbeleid van de regering Petro richt zich niet op repressie door de politie en het leger, maar focust op de industriële teelt, met als doel om de financiën van de drugshandel een verlies van 55 tot 86 miljard dollar toe te brengen. Tegelijkertijd toont de regering zich bereid om met drugshandelaren te onderhandelen, een strategie die volgens Cepeda verstandig is: ‘Het is gebleken dat het beleid van de ijzeren vuist niet werkt: onderhandelen is zeker een efficiëntere manier om het probleem aan te pakken.’

Het streven naar ontwapeningsakkoorden met criminele organisaties maakt deel uit van het ‘totale vredesbeleid’ waarmee Petro een einde wil maken aan decennia van gewapend conflict in Colombia. ‘Het gaat om het aanbieden van strafvermindering en het behouden van een deel van hun economische middelen, zolang ze hun criminele structuur ontmantelen, activa teruggeven, herstelbetalingen aan slachtoffers betalen en strafrechtelijke aansprakelijkheid op zich nemen,” verklaarde minister van Justitie Néstor Osuna in Ctxt.

Het nieuwe beleid promoot destigmatisering, bescherming van gebruikers en risicovermindering.


De repressie tegen cocatelers heeft talrijke slachtoffers gemaakt en bracht ook ernstige schade toe aan het milieu en de gezondheid, vooral door het besproeien van gewassen met glyfosaat, een stof die door de Wereldgezondheidsorganisatie als ‘waarschijnlijk kankerverwekkend’ wordt geclassificeerd. De conservatieve president Iván Duque (2018-2022) kocht 263.000 liter van de onkruidverdelger minder dan twee weken voordat Petro, die weigert om het te gebruiken, in functie trad. ‘Eerder beleid zag deze [milieu]kwesties als collateral damage’, merkt politicoloog Sandra Borda op, terwijl het nieuwe beleid ‘holistisch’ is.

Het plan van de regering Petro verandert ook de benadering van druggebruikers door de overheid. ‘Problematisch gebruik moet met gecontroleerde bevoorradingscentra en therapeutische en sanitaire ondersteuning worden aangepakt,’ zegt minister Osuna. De socioloog Estefanía Ciro, die het drugdomein van de waarheidscommissie over het Colombiaanse gewapende conflict leidde, zei in een telefoongesprek dat het nieuwe beleid ‘destigmatisering, bescherming van gebruikers en risicovermindering promoot’, hoewel ze preciseert dat ‘het dezelfde strategie is die gevolgd werd sinds voormalig president Juan Manuel Santos, en tot nu toe is er geen echte economische investering.’

Drugsdiplomatie en het legaliseringsdebat

Colombia is al decennialang een trouwe bondgenoot van de Verenigde Staten in hun war on drugs. ‘Met het Plan Colombia slaagden voormalige presidenten Andrés Pastrana en Álvaro Uribe erin om geld te ontvangen voor de strijd tegen drugs en het te gebruiken in de strijd’ tegen de guerrilla’s, legt Cepeda uit.

De regering van Joe Biden heeft nog geen publieke verklaring afgelegd over de nieuwe Colombiaanse aanpak van drugs, maar Ciro gelooft dat ‘het nieuwe drugsbeleid de volledige steun heeft van de VS. Het is gebaseerd op het document van hun parlementaire commissie over drugsbeleid in het westelijk halfrond. Dat rapport gebruikt voor het eerst de term “holistisch beleid” die Petro vanaf het begin al hanteerde.’

De Colombiaanse regering heeft ook steun gezocht in heel Latijns-Amerika en de Caraïben. Afgelopen september bracht ze meer dan dertig landen uit de regio samen op een conferentie in Cali. De hoofdgast was Andrés Manuel López Obrador, president van Mexico, dat met Colombia het tragische record van tienduizenden doden door de oorlog tegen drugs deelt. Maar de bijeenkomst werd overschaduwd door de meningsverschillen tussen de twee regeringen: López Obrador is tijdens zijn presidentschap overgestapt van de belofte van onderhandelingen met de kartels onder de slogan ‘Abrazos, no balazos’ (omhelzingen in plaats van kogels), naar een veel strengere houding, vergelijkbaar met die van de vorige Mexicaanse presidenten.

Internationale allianties zullen een van de sleutels zijn tot het succes of falen van Colombia’s nieuwe drugsbeleid. De andere is implementatie. In de woorden van Cepeda: ‘Het drugbeleid moet “tanden krijgen”: het moet vertaald worden in concreet beleid, zodat het voor degene die over drie jaar aantreedt niet makkelijk zal zijn om het te veranderen.’

Een opvallende afwezige in het nieuwe Colombiaanse drugbeleid is legalisatie. Afgelopen december werd een voorstel om de marihuanahandel te reguleren, gepromoot door senator María José Pizarro van het Historisch Pact, voor de vijfde keer verworpen in het parlement, waar de regering geen meerderheid heeft. De cocaïnekwestie is controversiëler: Petro verklaarde dat als cocaïne gelegaliseerd zou worden, ‘er automatisch een einde aan het geweld in Colombia zou komen’, maar hij benadrukte dat dit ‘niet van hem afhangt’.

Ciro gelooft dat legalisatie ‘de manier is om de impact van de cocaïne- en cannabismarkt op het vlak van mensenrechtenschendingen te verminderen. Er zal geen sprankje vrede zijn zolang er geen wettelijke regulering is volgens de principes van sociale rechtvaardigheid’.

Pablo Castaño is freelance journalist en politicoloog. Hij schreef eerder voor Ctxt, Público, Regards en The Independent.

Vertaling: Jander van Meerbeek

Steun de groei van het socialisme in Nederland

Abonneer je voor €20 en krijg toegang tot alle artikelen of voor €30 en ontvang jaarlijks twee nummers op papier