Sinds het begin van de zware Israëlische bombardementen op Gaza, een reactie op de dodelijke aanslagen van Hamas van 7 oktober, zijn waarnemers bang dat het conflict regionale partijen zal aantrekken — specifiek het in Libanon gevestigde Hezbollah, waarvan Iran de belangrijkste geldschieter is.
Dit verklaarde deels Israëls aanvankelijke terughoudendheid om het aangekondigde grondoffensief in de Gazastrook te starten. Hezbollah, dat meer dan 50.000 troepen onder controle heeft, is een belangrijke militaire macht. Het vooruitzicht dat Hezbollah tijdens de oorlog een noordelijk front zou kunnen openen, heeft de oorlogszuchtigere elementen binnen de Israëlische veiligheidsstaat getemperd. De Verenigde Staten voelden zich erdoor gedwongen om externe partijen te waarschuwen tegen interventie.
Maar de drempels voor Hezbollah om betrokken te raken bij de oorlog zijn hoger dan Hezbollah zelf en Iran doen voorkomen. Nog steeds spelen er meerdere tegenstrijdige belangen, zowel binnen de Libanese partij als in de regio, waardoor het onmogelijk is om te stellen dat de oorlog zeker zal escaleren.
De belangrijkste oorzaken hiervan liggen in de geschiedenis van Hezbollah, en in het draagvlak voor de partij. Dit laatste wordt gevoed door de voortdurende bezetting van Palestina door Israël en de onderdrukking van de Palestijnse bevolking. Tegelijkertijd is een regionaal conflict nu waarschijnlijker dan het in decennia is geweest.
Klasseverdeling
Officieel werd Hezbollah in 1985 opgericht, maar al in 1982 begon de beweging zich te organiseren. De zogenaamde ‘Partij van God’ wordt politiek, militair, sociaal en financieel gesteund door de Islamitische Republiek Iran. Hoewel Iran Hezbollah’s belangrijkste financier is, heeft de Libanese partij het afgelopen decennium aanvullende inkomstenbronnen aangeboord in Libanon en Syrië. Zo verwierf Hezbollah fondsen door betrokkenheid bij smokkelpraktijken en drugshandel.
Vanaf de jaren negentig werd Hezbollah de prominentste stem van de Libanese sjiitische bevolking, de andere belangrijke sjiitische partij Amal overschaduwend. Hezbollah bereikte deze positie door sociale voorzieningen en diensten aan de sjiitische bevolking te verstrekken. Ook is Hezbollah de belangrijkste speler in het militaire verzet tegen Israël. Beide inspanningen werden mogelijk gemaakt door financiële steun van Iran.
Sinds de oprichting is de aanhang van Hezbollah verbreed en veranderd. Momenteel worden de leden en het kader steeds meer gedomineerd door een deel van de sjiitische bourgeoisie en hogere middenklasse, met name in Beiroet. Dit is een significante breuk met de wortels van de partij, die liggen bij de geestelijken en de volksklasse. In de zuidelijke buitenwijken van de hoofdstad zijn veel rijke families en de meeste zakenlui trouwe aanhangers van Hezbollah geworden. Naarmate de partij groeide, droeg ze bij aan de opkomst van een nieuw segment van de bourgeoisie dat via het Iraanse kapitaal met de partij verbonden was. Ondertussen kwam de rest van de sjiitische bourgeoisie, zowel in Libanon als in de diaspora, steeds dichter bij Hezbollah te staan.
Ook verkreeg de partij steeds meer invloed in beroepsverenigingen en sommige bedrijven, met name in onroerend goed, toerisme en handel. Onder directe invloed van Hezbollah wonnen deze belangengroepen aan macht in het Libanese bedrijfsleven, dat aan tienduizenden mensen werk biedt, waardoor de economische macht van Hezbollah toenam. Naast de netwerken die de partij in maatschappelijke organisaties heeft en haar gewapende tak, heeft dit Hezbollah’s populariteit bestendigd.
Tegelijkertijd is Hezbollah er, via een combinatie van instemming en dwang, in geslaagd om onder de Libanese sjiitische bevolking een overheersende positie te verwerven. Hiervoor leverde de partij broodnodige diensten aan grote delen van de sjiitische bevolking, maar ze nam ook repressieve maatregelen tegen degenen die Hezbollah’s zogenaamde monopolie op het anti-Israëlische verzet in Libanon betwisten.
Na het uitbreken van de Libanese opstand in oktober 2019 aarzelde Hezbollah niet om te mobiliseren. Aanvankelijk riep de partij haar aanhangers en leden bijeen om demonstranten in het centrum van Beiroet en in de zuidelijke stad Nabatiye te intimideren en aan te vallen.
Dat Hezbollah steeds meer een partij van de bourgeoisie werd, had nog andere gevolgen – naast dat het de partij motiveerde om zich tegen volksprotesten te keren. Het veranderde ook de politieke oriëntatie van de partij ten opzichte van het sektarische en neoliberale Libanese politieke systeem. Hezbollah ontwikkelde zich van een radicale tegenstander van dit systeem tot een voorstander van compromissen en participatie binnen de bestaande politieke structuren. Inmiddels is Hezbollah een van de belangrijkste beschermers van het Libanese politieke systeem.
De oorsprong van Hezbollah
De Israëlische invasie van Libanon in 1982 was deels ingegeven door de ontwikkeling van Hezbollah. De eerste militaire operaties die Hezbollah uitvoerde vóór haar officiële oprichting in 1985, bestonden uit zelfmoordaanslagen op westerse ambassades en andere westerse instituties, en uit ontvoeringen van westerlingen. Sindsdien, tot in de jaren 2000, is de ontwikkeling van het gewapende apparaat van Hezbollah nauw verbonden met Hezbollah’s verzetsactiviteiten tegen Israël.
In 2000 verdreef Hezbollah Israël uit het zuiden van Libanon, waarmee een einde kwam aan een bezetting die in 1978 begon. Ondanks raketaanvallen aan beide kanten van de grens, heeft de Partij van God dit gebied sindsdien behouden. Israël startte in 2006 een nieuwe oorlog tegen Libanon en Hezbollah, waarbij in Libanon meer dan 1.500 slachtoffers vielen, onder wie 1.200 burgers; Israël verloor 160 mensenlevens, onder wie 120 soldaten.
Ondanks de ongelijke aantallen slachtoffers kon Israël zijn doelen in de oorlog tegen Libanon niet bereiken, wat Hezbollah als een succes beschouwde. De Partij van God gebruikte deze overwinning om haar populariteit in Libanon en het Midden-Oosten te vergroten. De zuidelijke gebieden van Libanon leden het meest onder de Israëlische aanvallen, invasies en bezetting, en het verzet van Hezbollah stelde de partij in staat om haar achterban onder de sjiitische bevolking uit te breiden.
Maar sinds de oorlog van 2006 is het verzet van Hezbollah tegen Israël, dat de kern van haar identiteit vormde, steeds vaker ondergeschikt geraakt aan andere politieke doelstellingen van de partij en van sponsor Iran. Dit kwam met name tot uiting in de militaire interventie van Hezbollah in Syrië. Deze versterkte de partij vanuit militair oogpunt aanzienlijk, doordat de rekrutering voor de militaire tak toenam. Door samen te werken met het despotische regime van Bashar al-Assad, Rusland en Iran kon Hezbollah nieuwe strategieën leren en gevechtservaring opdoen.
Maar de Syrië-campagne betekende voor Hezbollah een belangrijke heroriëntatie ten opzichte van de strijd tegen Israël. Het is niet zo dat de militaire tak van de partij geen rol speelde en speelt in haar betrekkingen met Israël, maar na de oorlog van 2006 zette Hezbollah haar strijdkrachten steeds meer in voor andere doeleinden.
Groeiende macht, afnemende steun
De militaire aantallen en capaciteiten van Hezbollah zijn sinds de oorlog in 2006 aanzienlijk toegenomen. De organisatie heeft haar arsenaal flink uitgebreid en heeft nu een enorm aantal raketten en geleide projectielen onder controle. Deze toegenomen militaire macht valt echter niet samen met een toename van steun onder de bevolking. Op nationaal niveau is Hezbollah, los van de sjiitische bevolking, steeds verder geïsoleerd geraakt – zowel op politiek als sociaal vlak.
De partij is betrokken geweest bij een aantal sektarische conflicten binnen Libanon, zoals het Khaldeh-incident in augustus 2021 in een stad ten zuiden van Beiroet. Daar braken gevechten uit tussen Hezbollah en lokale Arabische soennitische stammen, die tot drie doden leidden. In dezelfde maand onderschepten boze jongeren in het overwegend Druzische dorp Chouaya een busje met Hezbollah-militieleden dat was uitgerust met een raketwerper. De militieleden waren van plan om Israël onder vuur te nemen, maar werden door de Druzische jongeren gemolesteerd. Nadat de jongeren hen de raketwerper afhandig hadden gemaakt, trokken de Hezbollah-strijders zich terug.
Twee maanden later, in oktober 2021, vond een ander groot incident plaats. Na een protest van Hezbollah-leden en bondgenoot Amal tegen rechter Tarek Bitar, die was belast met het onderzoek naar de explosie in de haven van Beiroet op 4 augustus 2020, braken er straatgevechten uit in de naburige wijk Tayouné. Bij de botsingen stonden sjiitische strijders van Hezbollah en Amal tegenover andere minderheden – waarschijnlijk leden van de christelijke, extreemrechtse Libanese Strijdkrachten – die gestationeerd waren in christelijke wijken. Bij dit straatgevecht vielen zeven doden en tweeëndertig gewonden, wat de angst voor een nieuwe burgeroorlog aanwakkerde.
Binnen Libanon zien sektarische politieke partijen die tegen Hezbollah zijn, maar ook bredere lagen van de bevolking, Hezbollah als een belangrijk obstakel op de weg naar gerechtigheid na de explosie in de Beiroetse haven. Het hoofd van de verbindings- en coördinatie-eenheid van Hezbollah, Wafiq Safa, heeft bijvoorbeeld gedreigd dat hij rechter Bitar ‘uit de weg zou ruimen’. Zelfs de voormalige politieke bondgenoten van de partij, zoals de Vrije Patriottische Beweging, hebben zich steeds kritischer uitgelaten.
De belangrijkste politieke spelers in Libanon, zoals de Progressieve Socialistische Partij en haar oude leider Walid Jumblatt, blijven hun steun uitspreken voor de Palestijnse strijd in de Gazastrook. Ze benadrukken echter dat ze niet willen dat hun land betrokken raakt bij een nieuwe oorlog met Israël. Bovendien kampt het land met een ernstige sociaaleconomische crisis, die al sinds oktober 2019 aanhoudt. In deze periode is het armoedepercentage drastisch gestegen van 25 procent in 2019 tot meer dan 80 procent. Voor grote delen van de bevolking is een nieuwe oorlog niet vol te houden.
Dit alles betekent dat de brede steun onder de bevolking die Hezbollah in 2006 genoot, nu ontbreekt. Buiten het Libanese nationale toneel heeft Hezbollah’s militaire interventie om het despotische Syrische regime te steunen bij het neerslaan van de Syrische volksopstand, haar populariteit regionaal ondermijnd.
Sinds het begin van de Syrische opstand in 2011 is Hezbollah afgeweken van een strategie die voornamelijk gebaseerd was op een gewapende confrontatie met Israël. Een deelverklaring hiervoor is dat Iran, Hezbollah’s belangrijkste sponsor, niet wil dat Hezbollah aanzienlijk verzwakt raakt in een nieuwe oorlog met Israël in Libanon. Hoewel Hezbollah in Libanon is gevestigd en relatief gezien zeker politieke autonomie geniet, is de partij grotendeels gebonden aan de belangen van de Islamitische Republiek.
In de regio zorgt Hezbollah voor consolidatie en uitbreiding van Irans netwerk van regionale bondgenoten, waaronder zowel statelijke als niet-statelijke organisaties. Na de moord op Qassem Soleimani, de commandant van de Quds-strijdmacht (het onderdeel van de Islamitische Revolutionaire Garde dat voornamelijk verantwoordelijk is voor extraterritoriale en clandestiene activiteiten), nam het belang van Hezbollah voor de Iraanse staat alleen maar toe. Hezbollah werd hiermee de belangrijkste hoeder van Libanons sektarische neoliberale systeem en de belangrijkste handhaver van Irans geopolitieke belangen.
Ondanks Hezbollah’s met Teheran gedeelde terughoudendheid om een nieuwe oorlog met Israël te beginnen, moet rekening worden gehouden met de behoefte van de partij om de relatie met haar politieke bondgenoot Hamas tot op zekere hoogte in stand te houden, en om aangehaakt te blijven bij wat zij zien als de politieke winst die de aanslagen van 7 oktober hebben opgeleverd. Dit laatste heeft de positie van Iran, Hezbollah en de regio versterkt.
Hamas is erin geslaagd om zich opnieuw als hoofdrolspeler op het Palestijnse politieke toneel te positioneren, waardoor de toch al zwakke Palestijnse Autoriteit nog verder is gemarginaliseerd. De Palestijnse kwestie en de noodzaak om hier politiek mee om te gaan, staan nu weer op de Israëlische en regionale agenda. De aanslag van Hamas op Israël op 7 oktober, en de reactie van Israël hierop, hebben het normalisatieproces ondermijnd dat door Donald Trump in gang is gezet en door Joe Biden is overgenomen. Ook hebben beide ervoor gezorgd dat de bezetting van de Westelijke Jordaanoever en de situatie in Gaza niet kan worden genegeerd terwijl allerlei voorheen vijandige verhoudingen in de regio door nieuwe akkoorden werden gladgestreken. Kort nadat de oorlog uitbrak, reageerde Saoedi-Arabië door alle voortgang in zijn bilaterale overeenkomsten met Israël te staken.
Nu de oorlog zich verder ontwikkelt, is het duidelijk dat er in het Midden-Oosten geen weg naar stabiliteit mogelijk is zolang de bezetting en kolonisatie van Palestina genegeerd worden. De belangrijkste taak voor linkse en progressieve organisaties in de regio moet zijn om een strategie te bouwen die gebaseerd is op regionale solidariteit van onderaf. Dit vereist verzet tegen de coalitie van westerse machten en Israël aan de ene kant, maar ook tegen regionale autoritaire machten en verbonden politieke krachten aan de andere kant. Deze strategie, gegrond in klassenstrijd van onderaf, is de enige manier om de werkende klasse van het Midden-Oosten te bevrijden van regimes die overeind worden gehouden door de imperiale machten van de Verenigde Staten, Rusland en China.
Joseph Daher is een Zwitsers-Syrische linkse activist en onderzoeker. Hij schreef Hezbollah: The Political Economy of the Party of God en Syria After the Uprisings, The Political Economy of State Resilience.
Vertaling: Tina Hoenderdos
(Beeld: Hezbollah doet een militaire oefening in Aaramta, Zuid Libanon, maart 2023. Bron: Wikimedia Commons)