Snel nog even lunchen voordat de veiligheidsinstructies beginnen. Itaï van de Wal zit met een bakje hummus op zijn schoot en een zak boterhammen in zijn hand, op een opklapstoeltje bij het podium op de Dam in Amsterdam. Om 13.00 uur geeft hij een training sfeerbeheer. Daar zal hij vrijwilligers van het pro-Palestinaprotest instrueren hoe zij de veiligheid van betogers kunnen garanderen. Even klinken er Spaanstalige popnummers door de grote speakers. Met gefronste wenkbrauwen kijkt Itaï op: ‘dit is wel erg gemoedelijke muziek.’
‘Het eerste waar jullie aan moeten denken, is het feit dat er een genocide plaatsvindt op dit moment. Het belangrijkste is dat we dit schreeuwen naar de overheid, zo luid en veilig als mogelijk. Dat is het doel,’ roept Itaï even later in het Engels door de megafoon. Een groep van twintig stewards met gele hesjes luistert geconcentreerd naar hun teamleider. Achter hen verzamelt een eerste groep protestanten zich op de Dam, ruim een uur voor de officiële start van de demonstratie. Ze beginnen te schreeuwen: ‘Free, free Palestine!’
Hardhandig optreden
Achter de schermen zorgden legal officers van het European Legal Support Center (ELSC) de week voor het protest voor een juridisch vangnet. Een arrestantengroep was aanwezig en stelde flyers op met tips over arrestaties. Ook stonden advocaten paraat. ‘Het is raadzaam om zulke mensen klaar te hebben staan wanneer je met mensen werkt die door etnische profilering het risico lopen om aangehouden te worden. Dan zit je in een situatie waar de politie misschien wat harder op kan treden dan normaal,’ legt Itaï uit.
Bij ELSC weten ze dat er in buurlanden repressief wordt opgetreden tegen pro-Palestijnse protesten. De solidariteitsbeweging kreeg in het verleden ook al weinig ruimte, maar sinds 7 oktober (begin van de aanval van Hamas en bombardementen op Gaza, red.) worden steunbetuigingen voor Palestina hardhandig de kop ingedrukt of zelfs zonder duidelijke aanleiding in het geheel verboden.
De onveilige situaties waarin de solidariteitsbeweging zich begeeft, ontstaan doorgaans niet door de demonstranten zelf. Zij weten echt wel waar het hier om draait, stellen de juristen. Hun oproepen worden vaak verkeerd geïnterpreteerd: zij willen een einde aan de onderdrukking van het Palestijnse volk en roepen absoluut niet op tot antisemitisme of andere vormen van racisme. Helaas wordt deze nuance niet vaak aangebracht in nieuwsberichten of door politici.
De berichtgeving over de Palestijnse solidariteitsbeweging is eerder negatief en wantrouwend. De organisatie van de demonstratie in Amsterdam werd bijvoorbeeld gewaarschuwd voor strenge controle bij pro-Palestinaprotesten. Er werden voorwaarden opgesteld en een tolk luisterde mee naar Arabische leuzen. De politie trad in Amsterdam nauwelijks op, maar door vooraf te dreigen met strikte handhaving wordt er angst gezaaid om alsnog gestraft te worden. Dat terwijl mensen simpelweg hun demonstratierecht uitoefenen en vrijheid van meningsuiting hebben. Bij ELSC noemen ze dat een ‘chilling effect’ en een vorm van intimidatie.
Movement lawyering
ELSC is de eerste organisatie in Europa die de Palestijnse solidariteitsbeweging op deze manier juridisch bijstaat. Verenigingen, NGO’s, actiegroepen en individuele activisten kunnen gratis bij hen aankloppen voordat een actie plaatsvindt, of wanneer zij zich na een actie onveilig of onrechtmatig behandeld voelen. Dit soort movement lawyering kent een langere traditie. Organisaties als ELSC bieden een alternatieve vorm van belangenbehartiging, door een politiek gekleurde juridische strategie aan te nemen. Zo kunnen zij bepaalde, kwetsbare bewegingen helpen in hun strijd tegen onrecht.
Dat is nodig, want het recht is niet neutraal, stelt Itaï. De startende jurist is ervan overtuigd dat de wet en politiek niet van elkaar te scheiden zijn. ‘Alles wat in de wet staat, heeft een politieke lading, want de wet wordt bepaald door mensen met macht. En als je macht hebt, is het per definitie ook politiek. De uitvoerders en handhavers van de wet zijn ook geen politiek neutrale mensen. Daarom vindt de meeste politiek eigenlijk buiten het parlement plaats, en moeten wij daarop inspelen.’
Extinction Rebellion is een gevestigd en succesvol voorbeeld van een beweging met movement lawyering. Op de achtergrond hebben zij altijd een juridisch team klaarstaan, zodat hun protesten in goede banen geleid kunnen worden. Daar zit veel ervaring waar ELSC van kan leren, maar ‘dit is echt andere koek’, vindt Itaï. Het werk van ELSC is ‘een reactie’ op de huidige positie van de Palestijnse solidariteitsbeweging. Die positie is niet gunstig: pro-Palestina-activisten lijken de wind constant tegen te hebben. Doxing, intimidatie, bedreiging en het inperken van vrijheid van meningsuiting vinden geregeld plaats.
Het contrast met de klimaatbeweging is groot. Jezelf bewust laten arresteren tijdens het actievoeren is iets wat vooral witte mensen kunnen doen. Bij Palestijnse protesten komen veel mensen van kleur uit gemarginaliseerde gemeenschappen opdagen. Ze zijn sterk verbonden met Palestina. Hun overtuigingen zijn niet populair in het publieke debat, in de media of onder handhavers, wat veel veiligheidsrisico’s met zich meebrengt. Pro-Palestina-activisme wordt vaak gezien als aanzet tot antisemitisme. Maar, stelt Itaï, ‘ons verzet is tegen het apartheidsregime van de Israëlische staat, niet tegen Joden. Mensen willen geen geweld, maar einde aan onderdrukking.’
Algemene en bijzondere flyers
‘Arrestaties? Dit moet je weten!’ staat op de honderden flyers die de vrijwilligers tijdens het Amsterdamse protest verspreiden. Het A5-papiertje staat vol met tips, zowel in het Nederlands als in het Engels. ‘Contacteer het arrestatieteam als je iemand gearresteerd ziet worden. Bel de advocaat als je zelf wordt gearresteerd en verklaar nooit iets over jezelf of anderen. Je hoeft nergens voor te tekenen en hebt recht op een tolk bij het verhoor.’ Ook mogen mensen alleen gefouilleerd worden door een agent van dezelfde sekse, en voor trans personen wordt de sekse op het paspoort gezien als bepalend, staat er. Tot slot: ‘Je hebt recht op vegetarisch/veganistisch/halal/koosjer eten, en wanneer nodig medische hulp. Eis dit.’
Itaï van der Wal spreekt vrijwilligers toe op de Dam (Beeld: Jamie van de Communistische Jongerenbeweging)
‘Racisme is onze grens!’ roept Itaï bij de veiligheidstraining op de Dam door de megafoon. ‘We don’t want to fuck with any of this. It could make us all look bad.’ Provoceren is ook niet toegestaan. Zodra de stewards iemand zien die door zulk gedrag gearresteerd kan worden, worden zij aangemoedigd om de situatie te de-escaleren. Vrijwilligers worden geïnstrueerd dat Arabische leuzen extra worden gemonitord door de politie. Een sterk vermoeden van een ongepaste, Arabische leus, omdat deze ‘raar kan klinken voor Nederlandse oren’, kan al tot een arrestatie leiden. Wanneer iemand een Palestijnse verzetsleus scandeert, moet het team van Itaï daarom zorgen dat betogers weten welke risico’s zij lopen. Niet om ze te censureren, maar om ze veilig te houden.
Mensen die een hoger arrestatierisico lopen moeten een andere flyer krijgen, leren de vrijwilligers in Amsterdam. Daar staat meer specifieke informatie op over immigratie- en detentie-advocaten die op stand-by staan. Zij zijn er ook voor mensen zonder legale documentatie. ‘Mocht je iemand kennen zonder papieren, kom naar mij toe na deze training zodat wij ze kunnen beschermen,’ roept Itaï over de luide achtergrondgeluiden van het opstartende protest heen.
Van activist naar jurist
‘Ik wil niet zeggen dat de demonstratie fantastisch ging, want de gelegenheid was natuurlijk heel ruw. Het is half rouwstoet, half protest. Maar dat het goed ging, laat zien dat mensen weten wat belangrijk is.’ Itaï blikt een paar dagen later terug op het protest in de kleine woonkamer van zijn studentenhuis. Zijn rood-witte traditioneel Arabische sjaal, gewoven in Palestina, hangt achter de bank waar hij op zit. Met zijn Joodse achtergrond en familie in Israël is hij waarschijnlijk niet de meest typerende pro-Palestina-activist, maar als antizionistische Joodse Nederlander zet Itaï zich al jaren in voor de Palestijnse solidariteitsbeweging. ‘Rechtvaardigheid kent geen hokjes of grenzen.’
Van zijn ouders leerde Itaï kritisch te zijn op de Israëlische regering. Maar zij hielden het land nog ‘redelijk uit de wind’. ‘Op een gegeven moment dacht ik: fuck it, ik wil hier meer over weten.’ Langzaam begon hij achter andere informatie te komen, en begonnen de kritische verhalen die hij hoorde op hun plek te vallen. Nu is hij juridisch ondersteuner bij ELSC en kan hij zich ‘nuttig maken’ voor de Palestijnse solidariteitsbeweging, een gemeenschap die hem na aan het hart ligt. Familieleden vragen soms of hij wat rustiger aan kan doen. ‘Dan zeg ik, nee! Ze hebben het er maar mee te doen.’
Genuanceerde gesprekken
Voorkomen is beter dan genezen, vindt ELSC. ‘Het liefst grijpen we niet juridisch in,’ vertelt Itaï. Een rechtszaak aanspannen kost alle betrokken partijen veel tijd en geld. De onafhankelijke organisatie gaat in gesprek met instanties om Palestijnse belangenbehartiging mogelijk te maken. Soms werken een petitie of brandbrief beter, en soms wordt een mensenrechtenadvocaat ingeschakeld, die het stokje overneemt. Voordat activisten ergens heen gaan, stellen ze met de legal officers een politiek-juridische strategie op. ‘Dat is wat ik het liefste doe,’ zegt Itaï enthousiast. ‘Activisten die naar mij komen en zeggen: we hebben hier een knettergek idee, maar misschien kan het. Kunnen we dit mogelijk maken? Dat is hoe het werk hoort te zijn.’
Toch moet ELSC soms dweilen met de kraan open, want vaak gaan er dingen mis. Activisme voor Palestina schiet bij veel instanties in het verkeerde keelgat. Bijeenkomsten op universiteiten worden vaak verboden en Palestijnse sprekers worden geweigerd. Organisatoren worden gevraagd of de boodschap wat milder kan, of de activisten worden in een onopvallend hoekje van het gebouw geplaatst. Een veelgehoord argument is dat Joodse studenten zich onveilig zouden kunnen voelen door dergelijke bijeenkomsten. Daar is Itaï het grondig mee oneens. ‘Dan proberen wij de universiteit eraan te herinneren dat studenten ook zoiets als academische vrijheid, vrijheid van meningsuiting, en vrijheid van vergadering hebben.’
ELSC biedt die instanties meer perspectief over de bezetting van Palestina, en benadrukt dat activisten zich enkel willen uitspreken tegen de bezetting, onderdrukking en mensenrechtenschendingen door de staat Israël in Palestina. Het debat faciliteren werkt. ‘Soms zet je druk, maar vaak hebben organisaties weinig begrip van de situatie. Na een goed, genuanceerd en open gesprek snappen zij dat activisten zich echt zorgen maken om de mensenrechten van Palestijnen en dat zij helemaal niemand willen bedreigen.’
Sterke gemeenschap
De spanningen lopen soms hoog op bij het protest in Amsterdam. In een zijstraatje van de Nieuwezijds Voorburgwal wordt knallend vuurwerk afgestoken. Naast het politiebureau staat een oudere man met een provocerend bordje dat leest: Getto Gaza. Later bleek dat twee betogers met gezichtsbedekking gearresteerd waren. Ook werd een persoon die een Hamas-vlag droeg aangehouden.
Itaï liep vooraan in de stoet en voelde de spanning. Maar achteraf is hij alleen maar positief over de betogers. Van tevoren was niks afgesproken over een taakverdeling, maar ‘de gemeenschap sprong naar voren om de mars in goede banen te leiden’. Hij vertelt: ‘er waren ineens vier Syrische mannen in een neonpak. Dat waren verkeersleiders die voor het protest op mij afkwamen en zeiden: “we komen net uit ons werk, wat kunnen we doen?” Zij hebben zich helemaal kapot gerend de hele middag, dat is toch geweldig.’
‘Constant kwamen mensen mij even gedag zeggen, of een knuffel geven. Dát zijn kameraden. Daar kom je achter als je zulk werk doet. Zo veel verschillende mensen lopen daar rond, en iedereen beseft hoe belangrijk deze issue is. En zij hebben ook echt wel iets anders te doen in hun leven, maar ze staan er met een reden.’ Terwijl Itaï terugblikt, zittend op de bank in zijn kleine woonkamer, staat zijn laptop nog open op het bureau. De achterkant zit volgeplakt met politieke stickers. Die dag was een ongewone werkdag vanuit huis, want ook fulltime-activisten moeten soms uitrusten.
Merve Özdemir is freelance journalist en redacteur binnenland bij Red Pers