Wat verdedigen de verdedigers van de democratie?

In verkiezingscampagnes en op het wereldtoneel presenteren onze politici zich als beschermers van de democratie. Maar in werkelijkheid zijn ze voorstander van een systeem dat zoveel medezeggenschap toestaat als de rijken aankunnen.
Kamala Harris op bezoek bij haar nu vicepresidentskandidaat Tim Walz, gouverneur van Minnesota, 14 maart 2024 (Office of Governor Walz & Lt. Governor Flanagan/Wikimedia Commons)

Jacobin #1 is uit.
Abonneer je voor €30 en we sturen hem op.

Het is weer verkiezingstijd. En weer staat er niets minder op het spel dan de democratie zelf – als je de mensen mag geloven die met politiek hun brood verdienen. Populisten, zo waarschuwen zij, slagen er steeds beter in om de ontevredenheid van het volk te mobiliseren tegen ‘degenen aan de top’. Tegelijkertijd proberen ook despotische regimes in andere landen onze prachtige democratische systemen te vernietigen. Je zou écht kunnen vrezen voor de democratie, als die niet zulke goede vrienden op zulke hoge posities had. 

De nieuwe leider in de strijd tegen de vijanden van de democratie is Kamala Harris. De Democratische Partij was zo overtuigd van haar geschiktheid, dat Harris de interne partijdemocratie simpelweg kon omzeilen. Ze volgt Joe Biden op, die destijds ook zó overduidelijk de juiste kandidaat was dat de Democraten een democratisch voorverkiezingsproces tegenhielden. Ze klampten zich vast aan hun president, tot zijn aftakeling zelfs voor professionele politiek waarnemers niet langer te verhullen viel. 

Om te beslissen wie het geschiktst is om de democratie te verdedigen, moeten bij twijfel democratische processen worden omzeild.

Bij ons in Europa hebben de christendemocraten de brandmuur die aanvankelijk het democratische huis tegen fascistisch vuur moest beschermen, tijdens de Europese verkiezingen al gemoderniseerd. Omdat EU-Commissievoorzitter Ursula von der Leyen de deur open wilde houden voor een pact met de Italiaanse extreemrechtse premier Giorgia Meloni, werden de toetredingsvoorwaarden aangepast naar ‘pro-Europees, pro-NAVO, pro-rechtsstaat en pro-Oekraïne’. Als goede democraat weet je immers dat je tegenstrijdigheden moet accepteren – bijvoorbeeld dat ‘pro-democratie’ betekent dat je de EU moet toejuichen, zelfs als die minder democratisch is dan de staten die er deel van uitmaken. 

De sterke man in Duitsland, minister van Financiën Christian Lindner, heeft ook iets diepgaands bij te dragen aan het begrip van de democratie. Het betreft het andere belangrijke beschermingsmechanisme van de Duitse politiek: de schuldenrem. Zijn lezing voert terug tot de oude Grieken en verdient het om uitgebreid geciteerd te worden: ‘Schuldenremmen zijn instrumenten om de politiek zelf te disciplineren. Je kunt het vergelijken met Homerus: Odysseus ketende zichzelf vast aan de mast van zijn schip om niet te bezwijken voor de geluiden van de sirenen. En de schuldenrem is de mast waaraan politici zich vastketenen zodat ze tijdens verkiezingscampagnes niet zwichten voor de verleiding hun eisen bij te stellen naar dat waar mensen op die dag het meest voor applaudisseren.’ 

Als je ze afmeet aan de oude Griekse maatstaven, klinken sommige van de luidruchtigste democratiefans van nu meer als de democratiecritici van destijds.

De grote democratische leiders van onze tijd weten: om te beslissen wie het geschiktst is om de democratie te verdedigen, moeten bij twijfel democratische processen worden omzeild. Loyaliteit aan de grootste verdedigers van democratie mag door verkiezingsresultaten niet in twijfel worden getrokken. En als de sirenes zingen: ‘Laten we investeren in openbare infrastructuur,’ dan kan de democratische politiek weliswaar luisteren, maar laat ze alsjeblieft géén vinger uitsteken. Het is bijna alsof de grote verdedigers van de democratie ‘onze politieke cultuur’ juist tégen de democratie verdedigen.

Thomas Zimmermann is redacteur van de Duitse Jacobin.

Vertaling: Tina Hoenderdos

Abonneer je voor €20 en krijg toegang tot alle artikelen of voor €30 en ontvang dit jaar twee nummers op papier